Binnen het ISBN-10 (International Standard Book Numbering) systeem dat tot eind 2006 gebruikt werd, kreeg elk boek een unieke code toegewezen die bestaat uit 10 cijfers. De eerste 9 daarvan geven informatie over het boek zelf, terwijl het laatste louter een controlecijfer is dat dient om foutieve ISBN-10 codes te detecteren.
Indien \( x_1, \dots, x_9 \) de eerste 9 cijfers van een ISBN-10 code voorstellen, dan wordt het controlecijfer als volgt berekend:
$$ x_{10} = (x_1 + 2x_2 + 3x_3 + 4x_4 + 5x_5 + 6x_6 + 7x_7 + 8x_8 + 9x_9) \mod 11. $$
Het controlecijfer \(x_{10}\) kan m.a.w. de waarden 0 tot en met 10 aannemen.
Bereken het controlecijfer op basis van de eerste negen cijfers van een ISBN-10 code.
Negen cijfers (\(x_1, \dots, x_9\)), elk op een afzonderlijke regel. Deze stellen de eerste negen cijfers van een ISBN-10 code voor.
Het controlecijfer dat correspondeert met de gegeven cijfers van een ISBN-10 code. Zorg ervoor dat het controlecijfer zonder voorloopnullen wordt weergegeven.
Invoer:
9
9
7
1
5
0
2
1
0
Uitvoer:
0